» Uit het golfleven gegrepen… GUR op tijdelijke hole 8 (oude 17)

Uit het golfleven gegrepen… GUR op tijdelijke hole 8 (oude 17)

Zoals u heeft gezien of zult zien, zijn er in de baan bij langgerekte GUR-gebieden op gezette afstanden ‘DZ’-bordjes geplaatst. Ook de nieuwe versie van de (tijdelijke) plaatselijke regels is hierop aangepast. In deze nieuwsbrief geven we aan de hand van een aantal voorbeelden een toelichting hierop, en doen dit aan de hand van een aantal situaties rondom het langgerekte GUR-gebied aan de linkerkant van de tijdelijke hole 8 (de oude 17e). Wellicht ten overvloede om te beginnen een aantal uitgangspunten:

  • De gebieden die gemarkeerd zijn met blauwe palen met groene koppen, zoals ook dit gebied, zijn verboden speelzones van waaruit u niet mag spelen.
  • Als een bal in het GUR-gebied terecht is gekomen en u kunt uw bal niet identificeren, dan dient u de ontwijkprocedure te volgen op het punt dat uw bal het GUR-gebied heeft gekruist.
  • Als een bal in het GUR-gebied terecht is gekomen en u kunt uw bal wel identificeren, dan dient u de ontwijkprocedure te volgen door het zogenaamde dichtstbijzijnde punt als uitgangspunt te nemen (Regel 16,1b).
  • Op grond van de laatste (tijdelijke) plaatselijke regels mag u ook, ongeacht of u uw bal in de GUR kunt identificeren of niet, de bal droppen binnen 2 clublengten van het dichtstbijzijnde ‘DZ’-bordje.

Met deze uitgangspunten in het achterhoofd laten wij u nu volgende situaties zien op de tijdelijke hole 8.

Situatie 1
Stel u slaat een drive zoals aangegeven in het plaatje hiernaast. Het is zeker dat de bal in de GUR is beland, maar u kunt uw eigen bal niet meer identificeren, omdat de bal wat verder weg ligt van het hekje rondom de GUR en er ook nog ballen van anderen rond diezelfde plek liggen. In zo’n geval is normaal gesproken het punt waar de bal de grens van de GUR bepalend om een bal te kunnen droppen. Met de komst van de dropping zones en de nieuwe (tijdelijke) plaatselijke regels, zijn er nu twee opties om de bal te droppen. De eerste is de ‘traditionele plek’: bij het punt waar de bal de grens van de GUR heeft gekruist, het referentiepunt bepalen, niet dichter bij de hole en zonder belemmering van de verboden speelzone (dat is deze GUR namelijk) en daarvandaan binnen 1 stoklengte.

De tweede optie is nu een plek binnen twee stoklengtes van de dichtstbijzijnde dropping zone. Die dichtstbijzijnde dropping zone kan dichter bij de hole zijn dan het punt waar de grens van de GUR werd gekruist en dat is in dit voorbeeld ook het geval.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Situatie 2

Hier is uw drive links in de GUR beland en wonder boven wonder kunt u uw bal ook herkennen vanwege de karakteristieke markering op uw bal. Dus weet u zeker waar deze ligt. In de afwezigheid van dropping zones, zou het punt waarop u mag droppen links van de GUR zijn. Midden tussen bossages en moeilijk bereikbaar. Want dit punt ligt in het algemene gebied en is zonder belemmering van de verboden speelzone.

Voor deze situatie brengt de dropping zone uitkomst: u mag binnen twee stoklengtes van de dichtstbijzijnde dropping zone verder gaan met een drop. In dit voorbeeld is die dropping zone een klein stukje verder van de hole dan waar uw bal ligt, maar wel op de fairway.

 

 

 

 

 

 

 

Situatie 3

In het derde voorbeeld is uw tweede slag in de GUR beland. Net naast het hekje en u kunt uw bal herkennen. In dit geval zijn er ook weer twee opties. Eén in de dropping zone en één op basis van de feitelijke plaats van de bal. In dit voorbeeld is de dichtstbijzijnde dropping zone een stukje terug en zult u wellicht op basis van de geringere afstand tot de hole voor optie 2 kiezen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tot zover de voorbeelden die bedoeld zijn om aan te geven hoe om te gaan met deze en vergelijkbare situaties, die we nu in de baan aantreffen als gevolg van de renovatie. Als altijd zijn we bereikbaar op het volgende e-mailadres over deze of andere regelsituaties: regelcommissie@golfclub-broekpolder.nl.